Topstukken uit de collectie

De meest bijzondere objecten uit de Krimpenerwaard die wij in onze collectie hebben, zijn onze topstukken! Zo hebben we een portret van Francina van Duijvendijk door Hendrik Chabot, een prachtige 19e-eeuwse arrenslede en schattige bokkenpootjes.

Terug naar collectie >

Met de arrenslede op de IJssel

Deze 19e-eeuwse arrenslede is afkomstig van de scheepsbouwfamilie Van der Giessen uit Krimpen aan den IJssel. In de strenge winter van 1963 heeft men nog met de slede een tochtje gemaakt op de IJssel. Als je het museum inloopt is de arrenslede meteen in de stal te bewonderen.

Loonzakjes in de secretaire

Deze secretaire stond in het kantoor van het woonhuis van de voormalige steenfabriek  ‘Spreeuwenhoek’, van de familie Mijnlieff.  Aan de binnenzijde van de secretaire bevinden zich vakjes van A t/m Z. Hierin werden de loonzakjes van de werknemers geplaatst. Bekijk de secretaire in de pronkkamer van ons museum.

Portret Francina van Duijvendijk door Hendrik Chabot

Het schilderij van de Rotterdamse schilder en beeldhouwer Hendrik Chabot (1884-1949) toont een portret van Francina van Duijvendijk, in 1926. Zij is geboren op 17 november 1923 in Lekkerkerk. Door het raam ziet je haar vader, directeur, op de dijk naar de Lekkerkerkse scheepswerf  T. van Duijvendijk lopen.

De werf

De geschiedenis van de werf gaat terug tot in de 17e eeuw. In 1880 maakte de werf de overstap van houten naar ijzeren schepen. Dit was het begin van een periode waarin de werf Van Duijvendijk uitgroeide tot hét bedrijf van Lekkerkerk. Vanwege een samenloop van omstandigheden, zoals de verslechterde concurrentiepositie van de Nederlandse scheepsbouwsector, werd de werf in 1963 verkocht.

Als je langs Het Streekmuseum richting de Algerabrug loopt, kan je de overblijfselen van de monumentale werf nog bewonderen!

Steenplaats - Ouderkerk a/d IJssel

IJsselstenen

De steenplaats lag buitendijks in de gemeente Ouderkerk aan den IJssel. De heer L.F. Mijnlieff kocht de fabriek in 1885 en deze bleef in de familie tot 1938. In dit jaar werd de productie van de IJsselstenen definitief gestopt.

Lange werkdagen

Het werk op de steenfabriek was zwaar en de werkdagen lang. De werknemers werkte van vijf uur ‘s morgens tot  zes of zeven uur ‘s avonds. En dat zeven dagen in de week! In de maanden april t/m oktober moest het hele gezin meewerken op de plaats om rond te kunnen komen. ’s Winters hadden alleen de mannen werk, als het tenminste niet vroor.

Perenpot van oorspronkelijke bewoners

Deze pot werd gebruikt voor het opdienen van stoofperen. Wat hem speciaal maakt is dat hij geschonken is door de gebroeders De Jong. Dit waren de oorspronkelijke bewoners van de museumboerderij. 

Rouwservies

Dit rouwservies bestaat uit een theepot, melkkan, suikerpot en roomschaal. Het is een keramieken servies waarop een bloemdecoratie is geperst. De Engelse fabriek Hackwood heeft het tussen 1850 en 1924 vervaardigd. Het zwarte rouwservies gebruikten de nabestaanden bij de dood van volwassenen. Bij de dood van een kind werd wit rouwservies gebruikt.  

Haarschilderij

Dit haarschilderijtje (links) is gemaakt in 1874 met haar van de overledene, Mevrouw Luyten-Dogterom. Het schilderijtje is gemaakt van haar en, onder glas met messing afzetting, geplaatst in een zwart gelakte houten lijst met kraalrand.

Bokkenschoentjes

Een geit of bok kreeg bij gladheid deze schoentjes aan om de kar te trekken voor de koopman, zodat het dier niet uit kon glijden. Ze werden gemaakt van leer en zijn 8,5 cm. hoog en 6 cm. breed.

Een zeldzaam topstuk

Je komt deze bokkenpootjes maar weinig tegen. Ze werden door de plaatselijke schoenmaker gemaakt. Op een hout rond onderkantje werd een leren schoentje met echte veters en zonder zool geplaatst. Hieronder werden ijzeren haakjes gezet voor een betere grip op sneeuw of ijs.

IJs uit de IJssel

Je kunt je het vast moeilijk voorstellen: een leven zonder koelkast! Vroeger werd de zogenoemde ijskast gekoeld met stukken ijs die via een afgedekte opening in het bovenblad in het ijsreservoir konden worden geplaatst. Met deze stukken ijs deed je, afhankelijk van de buitentemperatuur, ongeveer drie dagen. De blokken kwamen in dit geval uit de IJssel. De voormalige eigenaar, de heer Mijnlieff, haalde dit ijs uit een van de IJskelders in de Krimpenerwaard. Deze ijskelders werden doorgaans gebruikt voor de zalmvisserij. De binnenzijde van de kast is afgetimmerd met zink en bestaat uit twee delen die in het midden wordt gescheiden door een rooster.

Portret ter nagedachtenis

Dit soort schilderijtjes werden gemaakt ter nagedachtenis aan de overledene. Beeligje Dogterom was getrouwd met Willem Anthony Luijten. Hij was eigenaar van een zalmrokerij en zalmhandel, pachter van zalmvisserijen en landeigenaar. Op dit portret zie je Beeligje Dogterom. Zij was geboren in Krimpen aan den Lek op 1807-04-14 en overleed in Lekkerkerk op 1874-03-07.

Molvriendelijke verjaarmethode

De mollenfluit werd gebruikt voor het verjagen van de mollen. Het object werd met de opening in de molsgang gezet, zodat de wind in de fluit circuleerde. Dit gaf een fluitende toon waar de mol slecht tegen kon en een andere weg zocht. In tegenstelling tot de huidige mollenklem is de mollenfluit wel diervriendelijk te noemen. Je kan je dus afvragen waarom we ooit van deze methode zijn afgestapt…